Af en toe snurken tijdens het slapen, komt bij veel mensen voor. Doorgaans wordt dit niet als een probleem ervaren. Vrijwel elke nacht snurken met hinder voor de partner komt bij ongeveer twintig procent van de mannen voor en bij tien procent van de vrouwen. Zelf merk je er vaak niets van. Hooguit wordt je er af en toe zelf wakker van. Daarin tegen kan je huisgenoot of partner er wel last van ondervinden en daardoor slecht in slaap komen.
Snurken is een brommend of ruisend geluid wat uit de keel komt. Snurken ontstaat doordat tijdens het ademhalen lucht door de ruimte tussen het zachte deel van je gehemelte en de achterzijde van je tong stroomt. Vooral als je op je rug slaapt, komen deze weefsels erg dicht bij elkaar. Wanneer de ruimte in neus-keelholte nauwer is dan normaal, of de spieren slapen, dan kan het weefsel elkaar raken. De trilling van de langs stromende lucht zorgt dan voor het snurk geluid. Lichamelijke factoren als verkoudheid, een neuspoliep of een scheef neustussenschot kunnen een achterliggende oorzaak zijn bij snurken. Daarnaast is overgewicht één van de belangrijkste oorzaken voor snurken. Ook roken en alcoholgebruik zijn typische oorzaken van het snurkgeluid.
Je kunt zelf snurken voorkomen door:
– Zo nodig af te vallen.
– Niet te roken
– Alcoholgebruik te matigen
– Niet te veel eten voor het slapen gaan
Er zijn elektrische apparaatjes verkrijgbaar die reageren op het snurkende geluid. Deze maakt dan een piepend geluid, zodat je wakker wordt als je begint te snurken. Het nut van deze hulpmiddelen lijkt erg beperkt. Deze methoden is namelijk erg onrustig voor de snurken, als zijn of haar partner.
Een ander alternatief is een medische ingreep. Hierbij kunt u denken aan het verwijderen van de poliepen, het recht zetten van een scheef neustussenschot of het verwijderen van de keelamandelen en een deel van het zachte gehemelte.
Een speciale behandeling is de somnoplastiek. Daarbij wordt namelijk het gehemelte plaatselijk verdooft en met een apparaatje wordt dan wat bindweefsel van het zachte gehemelte weggebrand. Met als gevolg dat het gehemelte en de huig strakker komen te staan. Hierdoor kan de lucht dan weer vrij door de keel stromen bij het slapen (op de rug).